Rijen wil ik...

Ja, "Rijen wil ik", dát was mijn vurige wens nadat ik met veel gedoe eindelijk een goed blokje in het ETZ250-span had.

En gereden heb ik, want die zomer van 2002 ben ik inderdaad op m'n zijspancombi naar dat Finse MZ-treffen geweest.

De 1e keer, in 1993, kon ik wegens tijdgebrek niet met m'n span dus werd het de solo ETZ 250 en in 2000 was ik zelfs niet op een MZ, wegens blok defect, maar op een - laten we zeggen - ander Duits merk.

Maar... driemaal is scheepsrecht.


Dus na een jaar van reviseren, inrijden, opknappen, schilderen, poetsen, reservewiel monteren en nóg eens reviseren (!!) ging ik op 10 juni van start met de ETZ 250 mét zijspan.

Die 2e revisie was nodig omdat de 1e keer een of ander Koreaans wanprodukt als krukaslagers was gemonteerd.

Doel was het jubileumtreffen van de Finse MZ-club, de "Suomen MZ Ajajat", een ritje van 3500 km uit-en-thuis. 

En de MZ hield zich groots...

Helaas echter... Ná deze prestatie had het leven voor onze MZ blijkbaar geen uitdagingen meer, en terug van een

lullig ritje naar Eindhoven pleegde die zomaar euthanasie... Midden op de Bommelse brug...

Krukas... Bleek achteraf óók zo'n Koreaantje te zijn. 

Maar boos ben ik niet...  Nee, niet boos...  Alleen heel, héél verdrietig...


Eenmaal opgeknapt en ingereden werd het span dus volgestouwd met van alles wat je op zo'n reisje nodig hebt en nog meer! Ook de gitaar die ik verleden jaar moest ontberen omdat die niet op het "andere merk" meer paste mocht weer mee.

Als "finnish(ing) touch" had ik met de Hammerite verf die ik over had op de neus van de bak levensgroot

"Tämä Puoli Ylöspäin" gekalkt, wat zo veel wil zeggen als "deze kant boven".

Tof spul trouwens dat Hammerite.Veel plekken op de combi hebben door dit wondermiddel weer een fatsoenlijk aanzien gekregen en het voordeel is dat je over die plekken heen kunt tjetten die je niet echt roestvrij kunt krijgen.

Dat je, ook door het "hamerslag" effect, kunt zien dat het met de hand gedaan is doet menigeen gruwelen, voor mij is het juist een aanbeveling om het zo te doen. Uiteraard...

De reis begon met een bezoek aan "die Heimat" van onze MZ.

Ik had namelijk besloten om op de heenreis de boot van

Rostock (ehemalige DDR) naar Helsinki te nemen.

Om het MZ-je niet meteen te forceren had ik voor deze route

gekozen omdat Rostock een stuk dichterbij is dan Stockholm

waar, ik normaal de boot naar Finland neem.

Op de terugweg zou ik weer die andere route kiezen, maar nu

deed ik rustig aan, en heb uitsluitend over binnenwegen

getoerd. Met halverwege noord Duitstand een camping

overnachting, en een tweede in de buurt van Rostock.

Toen ik ergens onderweg in Duitsland stopte voor een warme

hap en een bak koffie zag ik dat in de Imbiß die ik gekozen had

een bordje hing met "Truckers en Motorrijders, koffie halfgeld".

De eigenaar, zelf motorrijder, ergerde zich eraan dat een kop

koffie overal zo veel moet kosten.

Voor "gewone burgers" (lees pedaalemmerpiloten) vond hij dat

geen probleem, maar truckers en motorrijders moeten

onderweg een goeie en betaalbare bak kunnen drinken vond hij,

en voegde daad bij woord... Lof dus voor deze Imbißionist

Dinsdagmiddag kwam ik in Rostock aan en ging ik eerst kijken waar de boten vertrokken, alvorens een camping te gaan zoeken. Dan wist ik vast waar ik de volgende dag moest zijn...

Omdat de havens aan de andere kant van de stad liggen moet je hiervoor wel even heel Rostock-city door.

Halverwege de stad rook ik onmiskenbare 2-takt walmen maar ja, je zit in de Ex-DDR, dus dat verbaasde me niet.

Echter, in de lange rij voor het stoplicht zag ik vooraan twee niet-duitse MZ's staan dampen.

Eén geel kenteken met zwarte letters, het andere donkerblauw, zo leek het mij althans, met witte letters.

"Verrek" dacht ik "Hollanders, en eentje met een oud kenteken zo te zien". Toen het licht op groen sprong wist ik mij, op zeer onsympathieke wijze links en rechts langs auto's wurmend, tot achter de MZ's te werken.

Wat ik voor een donkerblauw kenteken aanzag bleek echter zwart te zijn. Het waren franse MZ's.

Een ETS-250 Trophy, met klassiek zwart kenteken, de ander een werkelijk afgeladen TS 125 !

"'Weer zo'n halvegare fransoos" dacht ik, want ik moest denken aan een fransman die ik in '93 had leren kennen en die toen

helemaal vanaf de Pyreneëen op een 125 naar Finland was geprutteld.

Ze waren duidelijk op weg naar de haven, dus tufte ik met ze mee. Tijdens de rit door het centrum van de stad werd er niet veel gezegd, behalve dat de Trophist bij een stoplicht riep "you from Holland ?". 

Op mijn ja knikken wees tie een paar maal nadrukkelijk met z'n wijsvinger naar mij, op een manier die betekenen moest

"ik ken jou wel, maatje". Bij het volgende stoplicht zag ik hem tegen z'n makker schreeuwen, daarbij met z'n duim over de schouder naar mij wijzend. Een helm knikte "ja" ten teken dat makker hem begrepen had.

Flauwtjes begon het bij mij te dagen dat dit weleens dezelfde Fransen konden zijn die ik bij het 1e Finse treffen in '93 ontmoet had. Bij de haven aangekomen stopten we bij een plattegrond.

De helmen gingen af, en een enthousiaste Trophist, Charles heet ie, riep tegen z'n makker uit "zie je wel, ik zei toch dat het "Uub Boss' is". Hevig grijnzend liepen ze op me af en begonnen m'n hand te schudden en schouder te kloppen zoals alleen Fransen dat kunnen. Heerlijk, zo'n onverwacht weerzien. Die "halve gare" was inderdaad Jean-Luc van 9 jaar geleden.

En ook deze keer kwam hij op z'n 125 cc-tje vanaf de Pyreneëen naar Finland toe!

"Hebben jullie ook de Finnjet van morgen naar Helsinki geboekt ?" vroeg ik. Niet dus.

Ze wilden proberen nog diezelfde avond de boot naar de Finse havenstad Hanko te nemen. Die zou goedkoper zijn dan de Finnjet en boeken hoefde niet, hadden ze gehoord. Hier scheidden zich onze wegen dus voorlopig. Zij gingen op zoek naar die boot naar Hanko, ik ging in de omgeving een camping zoeken. Op het treffen zouden we elkaar ongetwijfeld weer zien.


Gek genoeg is er in de directe omgeving van de Rostock-Haven geen camping te vinden.

De dichtstbijzijnde was zo'n 15 kilometer verder oostwaarts en die was voor tenters geen succes moet ik zeggen.

Voor camper of caravan zal er best plek te vinden zijn, al is het hele kuuroord - want dat is het eigenlijk - volgestouwd met min of meer permanente caravans inclusief tuintje en hekwerk.

Een lekker grasveld voor het bescheiden tentje van een motorrijder was echter ver te zoeken.

Plek was er alleen tussen de dennebomen, net achter de Oostzeeduinen, met veel dennenaalden en denneappels, weinig gras, grote waterplassen en alles behalve vlak.

Maar ja, de rest van de camping had een bodem van zand, grind en modderpoelen, dus zeg het maar...

De status van kuur-oord rechtvaardigde blijkbaar dat de prijzen ook nog eens met 2 waren vermenigvuldigd, maar affijn, voor één naggie was het wel te doen. Bovendien hep, zoals Johan Kruiff zegt, "elk nadeel se foordeel".

En dat voordeel was de warme bakker midden in het complex, die 's ochtends voor redelijk geld een ontbijt van verse duitse broodjes met goede koffie aanbood. En dát is nou zo'n ding waar ik echt gelukkig van word!

's Avonds slenterde ik naar de ingang, waar ik in gesprek raakte met de portier. Hij had mij 's middags zien aankomen met m'n span en wilde weten "of dat nou beviel, zo'n ouwe MZ" en "of ik nog ver ging".

Als je in die dagen ouwere ex-DDR burgers tegen het lijf liep, dan zei het ze niet zoveel meer dat je een MZ-je hebt.

Ze zijn er al aan gewend dat die dingen niet voor vol werden aangezien in het westen en dat de enkeling die er nu ééntje heeft de motortjes zelf ook vaker als curiositeit beschouwt dan als goede gebruiksmachines.

De verwachting van onze portier was niet anders, totdat ik vertelde dat dit m'n zoveelste MZ was, dat ik sinds 1977 vrijwillig,

helemaal zonder dwang, MZ reed. Dat ik dagelijks gebruik van ze maakte en dat ze zeer betrouwbaar waren en nog "billig" ook. En dát maakte weer een beetje van de ouwe trots los die veel DDR burgers ooit voor hun producten voelden, voordat "het westen" alles wat ze deden, hadden en waren, tot tweederangs bestempelde.

Hij begon zelfs enthousiast te worden toen hij merkte dat ie met iemand stond te kletsen die weet wat Awo's, Schwalbes (nee, niet dat voetbal-theater maar een Oost-Duits Scootertje) en Simsons zijn.

Iemand die zijn verhalen over ouwe 6-volt TS-en met te lage boordspanning - vooral 's winters - plaatsen kon.

Iemand die het geluk begreep dat de ETZ met z'n 12-volt installatie hem bracht.

En dat die blöde Holländer op een MZ op weg was naar Finland vond hij helemaal top...

's Nacht in m'n tentje lag ik nog wat terug te denken aan m'n babbel met de portier.....

Betrouwbaarheid?.... Oké, ik had niet echt tegen de man gelogen.

Tot aan m'n huidige MZ, bijna 25 jaar lang, heb ik nooit echt problemen met m'n MZ's gehad.

Met déze had ik wel wat minder geluk, maar nou was die toch ook weer helemaal in orde.. Toch ?..

Alleen dat verrekte laadstroomlampje.....

Waarom hield de MZ op dat laatste stuk nou soms weer plotseling in en flitste dat verrekte pus-lampje dan op?

Ik had hem voor vertrek toch helemaal nagelopen ? Ook de elektriek?


Woensdagochtend kon ik m'n spullen gelukkig droog inpakken en dat was wel zo prettig, want het moest ten minste 26 uur ingepakt op de motor blijven zitten. Zolang duurt de oversteek naar Finland namelijk. 

Na genoemd ontbijtje bij de warme bakker vertrok ik richting Rostock-haven. Ik was vroeg en de opstelstroken voor de boot waren nog zo goed als leeg. Helemaal vooraan, stonden alleen 2 motorpakken naar mij te kijken.

Ze wuifden. Naast hen twee kleine bepakte motorfietsjes, één met geel kenteken en één met zwart. De Fransosen! 

Die boot naar Hanko bleek nergens te vinden en ze hadden met grote moeite nog net een (stikdure) 2-persoonshut op de Finnjet kunnen regelen. Afgelopen nacht hadden ze ergens in Rostock "zimmer frei" gevonden.

Tijdens de oversteek was ik dus niet helemaal alleen... we hebben lekker bijgepraat.

En verder valt er over zo'n boottocht niet zoveel te vertellen. Je zit, ligt, hangt, staat of loopt op dat schip, en je wacht totdat je er weer af mag. 26 uur lang in dit geval.

's Nachts slaap je natuurlijk, maar ik vind het maar een lange tijd om niks te doen en je kunt toch ook niet al die tijd

blijven eten en drinken en gokautomaten met Eurootjes voeren !

Hoewel dat vaak wel de reden lijkt dat mensen zo'n tochtje maken... Vooral dat drinken...!

Normaal vaar ik van Zweden naar Finland, en dat duurt maar een uurtje of 10. Als je de nachtboot neemt dan slaap je voornamelijk en ben je er voor je er erg in hebt. Deze keer zou het dus ietsie langer duren.

Omdat ik "op goedkoop" reisde had ik één bed in een hut van vier geboekt, wat betekent dat je niet weet met wie je je hut deelt. Ik had me dan ook voorgenomen om mij ergens in het restaurant ofzo te ruste te leggen als m'n hutgenoten beschonken Scandinaviërs zouden zijn want geloof me, dan doe je echt geen oog dicht.

Gelukkig waren het 3 Tsjechen of Polen die mij na een beleefheids-knikje perfect negeerden, en in ieder geval hun gesprek verder op fluistertoon voerden toen ik eenmaal te bed lag.

Een paar uur voordat we in Helsinki waren hadden we nog een aardige

onderbreking omdat we een tussenstop maakte in Tallinn, hoofdstad

van Estland.

Die had ik nog niet eerder gezien, dus dat was wel geinig.

Donderdagmiddag kwamen we aan in Helsinki, en hier gingen we weer elk ons weegs.Ik ging naar het ouderlijk huis van m'n vrouw in het dorpje Kuru,

zo'n 70 km noordelijk van Helsinki, de Fransen gingen opbezoek bij een Finse vriendin van Charles waar hij sinds '93 nog regelmatig contact mee had.

Zij gingen daar ook overnachten en morgen zouden we elkaar weer

zien op het treffen in Sumiainen

Van Helsinki-haven ging ik eerst bij een schoonzusje langs dat in het stadje Hyvinkää woont. Onderweg hadden we 2 of 3 keer het bekende ritueel van een oplichtend pus-lampje en stokkende motor, maar omdat ie er niet echt mee

nokte had ik geen zin om uit te vissen waar het aan lag. De laatste keer werd hij wel wat vervelender.

De motor pakte niet meteen weer op, en met een treiterig blèèèèp dreigde hij helemaal af te slaan.

Ik begon, nog rijdende, met het zijdeksel te rommelen, in de buurt van het zekeringkastje.

Dat hielp! De motor pakte weer op en ik reed door naar Hyvinkää. 's Avonds wilde ik verder naar Kuru om bij m'n zwager die in het ouderlijk huis woont, te overnachten, maar ik kwam Hyvinkää niet meer uit.

Midden in de stad, op het grootste en drukste kruispunt, sloeg tie voor het stoplicht af en dat was ut.

Totaal geen spanning meer. Ik duwde het span de stoep op, natuurlijk uitgerekend voor een afgeladen terrasje.

Aan het gegrinnik en enkele opmerkingen in het publiek merkte ik dat de tekst "deze kant boven" op de neus, begrepen was.

Hier ging nu onder toeziend oog van al dat terrasvolk de helm af en werd dat zijdekseltje verwijderd.

Als ik met het rode draadje rommelde dan kwam de spanning terug en kon ik starten, maar meteen daarna sloeg tie weer af.

Dát was het dus, een onbetrouwbaar touwtje. Ik besloot nog effe niks te repareren, maar door te rijden naar Kuru en daar uitgebreid te kijken. Het was maar 25 minuutjes, al rijd je wel op een hele stille binnenweg dwars door het bos.

Weinig medeweggebruikers, en hulp dus, als je komt te staan. Gelukkig blijft het daar in 't noorden 's avonds wel lang licht, dus je strandt niet in het stikdonker.


Vrijdagochtend sloot ik af, m'n zwager was al naar z'n werk, en vertrok ik richting Sumiainen; het treffen.

Het regende behoorlijk en ik was een beetje huiverig voor de elektriek.

Ik wist toen immers nog niet dat ik het euvel definitief had verholpen en het idee dat ik in de regen aan de stroomvoorziening zou moeten prutsen stond mij niet aan.

Gaandeweg groeide het vertrouwen in m'n ingreep (en de MZ) echter en na 50 kilometer was m'n vrees verdwenen en was ik alleen nog maar stik-chagerijnig omdat het regende.

Het treffen was vanaf thuis ongeveer 270 km over binnenwegen en tegen een beetje zon had ik geen bezwaar gehad.

Na een uur of 2 werd het tijd om weer eens te tanken. Ik zat net in een behoorlijk verlaten gebied, en het laatste uur had ik geen tankstation meer gezien. Eindelijk dook er eentje op naast een gesloten wegrestaurantje. Geen kip te zien echter.

Niet om te helpen en niet om af te rekenen. Het bleek zo'n doe-het-zelf ding te zijn dat werkt op creditcards.

Hoewel alle bekende logo's op de cardlezer stonden, ook mijn Master-Card, werd ie niet geaccepteerd. Tegen beter weten in ook nog m'n pin-pas geprobeerd, maar die werd meteen weer uitgespuugd alsof die giftig was.

"Dan niet, kreng" dacht ik nijdig, en nam mijn toevlucht tot de biljettenautomaat die ernaast hing. Hier konden, volgens de info, biljetten van 5, 10 en 20 Euro in. Ik heb toen enigszins pissig m'n enige tientje glad gestreken en in alle standen geprobeerd, maar dat werkte natuurlijk ook van geen kant.

Ik zat al redelijk tegen het kookpunt aan en berekende net dat ik met de helft van de benzine uit de jerrycan verder zou kunnen rijden, dan zou ik de rest gebruiken om die benzinepomp af te fikken... toen een pruttelend geluid me deed opkijken.

Twee MZ's kwamen het benzinestation binnen rollen en twee half verzopen MZ-piloten keken me door hun beslagen vizieren aan. "Bonjour" gilden ze bijna tegelijkertijd, terwijl ze enthousiast zwaaiden. Inderdaad; voila les Fransoses...

Drie maal scheepsrecht ? De manier waarop die twee ten tonele verschenen kreeg trouwens een steeds hoger Jansen-en-Jansen-gehalte... U weet wel, van Kuifje!

Charles probeerde me nog te helpen met zijn tientjes, maar het werkte domweg niet.

Tenslotte goot ik de jerrycan leeg in de tank; ik was het zat en wilde gewoon verder.

Na dit debacle vertrokken we, om na 2 (!) km te stoppen bij een uitgebreid benzinestation met shops en koffieautomaten en

wegrestaurants en meer van die luxe. En alles open !

Bizar eigenlijk dat zoiets je helemaal niet blij maakt, maar dat je er alleen maar kwaaier van wordt!

Heb je godvertje 2 kilometer terug staan klooien en ploeteren, terwijl hier..... Maar na die bak koffie ging het al weer iets beter met me. Terwijl het steeds harder ging regenen togen we gedrieën richting treffen.

Sumiainen here we come, of zoals m'n kompanen het gezegd zouden hebben "Sumiainen, ici nous venons...." ofzo...


Het regende nog wel toen we op het treffen aankwamen, maar de lucht klaarde zichtbaar op.

Naast één lid van de Finse club zag ik aanvankelijk niemand, maar het duurde niet lang of Rop G. en Rick le M. kwamen aangeslenterd. Zij waren wat eerder uit Nederland vertrokken, en stonden sinds gisteren op de camping

Onderweg heb ik nog 1 of 2 keer met het dekseltje moeten rommelen om door

te kunnen, maar ik kwam wel probleemloos "thuis".

Nadat m'n zwager en ik een "bakkie" hadden gedaan gingen we aan het werk

om de storing op te lossen; het was nog licht.

Ik wist nu dat het aan het rode touwtje lag, dus meteen nieuw stukkie draad

afgemeten, kabelschoentjes erop, ouwe touwtje weg, nieuw touwtje erin.

Starten, lopen en... blèèèèè... afslaan... spanning weg.. ! Wel godvertje.....

Rommelen met het rode draadje leverde wel weer spanning op dus...

Uiteindelijk heb ik de klemmetjes van de hoofdzekering maar weer eens wat naar

binnen gebogen, en ja hoor probleem weg...

En de gehele verdere reis weggebleven, al wist ik dat toen nog niet.

"Hoe kan dat nou", riep ik verontwaardigd uit.

"Dat was het laatste wat ik nog voor vertrek had gedaan! Voor alle zekerheid !"

En ja... Ik weet het; "If it ain't broken, don't fix it !".

 

Uiteraard moesten we eerst effe babbelen bij een goddelijk koppie hete uiensoep dat

die gasten net klaar hadden.

Na die natte, koude rit en de doorstane emoties, hebben ze me hiermee mogelijk het leven

gered. Toen ik wat later m'n tent ging opzetten hield het zowaar zelfs op met regenen en

is het, afgezien van een sporadisch druppeltje, verder droog gebleven.

Zoetjes aan begonnen meer en meer MZ-rijders binnen te stromen. 

De buitenlandse deelname was niet gering, vooral veel Duitsers wisten de weg naar

Finland te vinden. Tot m'n grote verrassing en genoegen liep ik Mannfred B., voorzitter van de duitse MZ-club, ook weer eens tegen het lijf.

Naast Fransen en Duitsers was er dan nog een klein gezelschap uit Nederland, dat bestond uit Rop, Rick, Pauline en Hans, Paul B., Jan S. en ondergetekende.

Alleen Rop en ik reden overigens MZ, de rest was op "overige" merken. Paul B. was een

heel apart geval met een busje. Maar ja, hij zat voor z'n werk op dat moment in Finland en

z'n vrouw kwam hem bezoeken met haar bus, en zodoende...

Jan S. z'n deelname was trouwens lange tijd onzeker.

Toen ik Pauline en Hans sprak was hij er nog niet en het laatste wat zij van hem

zagen was dat ie zich met ware doodsverachting in het Stockholmse

spits-verkeer stortte om te proberen alsnog z'n boot te halen.

Jan had zich namelijk, netjes op tijd, in Stockholm op de kade bij hen gevoegd

en controleerde nog effe z'n ticket. Hans en Pauline zagen toen dat ‘t niet het

zelfde was als dat van hen; hij had blijkbaar bij een andere maatschappij geboekt. En die boot vertrok weliswaar rond dezelfde tijd, maar aan de andere kant van de stad...

En daar kon je alleen komen door dwars door Stockholm city te sturen.

En daarom kreeg Jan zo'n vreselijke haast.

Toen hij op het treffen aankwam begreep ik dat ie het dus nog gehaald had.

Maar het was onderweg nog (bijna) mis gegaan, vertelde hij.

In Stockholm kreeg hij een aanvaring met een stadsbus waardoor hij omver ging.

Gelukkig niks ernstigs,maar het plaatwerk van z'n "overige merk" was niet

helemaal origineel meer. Dat ie toch nog - als laatste - z'n boot haalde mag dus een wondertje heten,maar ook Jan was er, ondanks stadsbussen!


Wat er zo leuk is aan zo'n treffen, dat laat zich niet zomaar vertellen.

Je moet er gewoon zelf bij zijn om de sfeer te proeven en de mensen te

ontmoeten, enzovoort. Maar van een paar dingetjes wil ik hier wel kond doen, omdat die toch wel geinig of opmerkelijk waren. Allereerst het dappere optreden van clubgenoot Rop. Hij werd zomaar winnaar van de 4e manche in de

"duw-je-eigen-motor-zo-snel-mogelijk-naar-de-overkant" wedstrijd, waarin Rop de Fin Timo S., die z'n ETZ 250 duwde, achter zich liet. Hierdoor verwierf hij zich een plek in de halve finale, maar daar bleek de overmacht van lokale helden te groot en kwam hij helaas niet verder. Maar is meedoen niet belangrijker dan winnen?

Rop werd overigens ook nog gehuldigd omdat hij met 1300 km "aanvliegroute" de grootste afstand op een 300 cc had afgelegd. Dus toch maar mooi eervolle vermeldingen in het Finse clubblad, ook al kan geen hond dat hier lezen!

Verder was er de traditionele tombola om de clubkas te spekken, waar allerhande, al dan niet nuttige, spullen worden verloot. Ondergetekende had ter gelegenheid van dit jubileum treffen namens onze MZ-Club Holland 2 extra prijsjes ter beschikking gesteld voor de tombola; een echte Edammer kaas, en een blikken speelgoed opwind-motorfietsje, leuk als collectors item. Met de verpakkingen luid en duidelijk voorzien van Club Holland stickers, plus een MZ-CH embleem, een zgn. opnaaier.

Ook de organisatie had nog wat extra's voor dit jubileum gebeuren geregeld.

Omdat kerstman - echt waar - volgens de overlevering in Sumiainen een

zomerverblijf heeft, lieten ze een kerstman opdraven die in zomeroutfit een soort

"buutrede" hield.

Geen gezicht, die lange baard, dat rode pak met korte pijpen en mouwen en die

blote benen. Hij was vergezeld van hulp kerst-elfjes, in het Fins tonttu's gegenoemd.

Een vrouwelijke vertaal-tonttu die alles in het Engels vertaalde voor de

buitenlanders, en een muziek-tonttu met trompet. Die speelde een of ander Duits

deuntje voor de Duitse gasten, "tulpen uit Amsterdam" voor de Hollanders en een

kinderliedje (Alouette) voor de Fransen.

Finse meligheid dus, maar voor wie de Finse kersttraditie kent wel humoristisch.

En verder was er dan het gebruikelijke gehang, geklets en geklep met ouwe en

nieuwe bekenden. Pilsje erbij, geleuter over motoren, reizen, affijn, noem maar op.

Ook het toerritje op zaterdagmiddag ontbrak niet, al ben ik deze keer niet meegegaan.

Ik ging boodschapjes doen en wat geld uit de muur trekken in een stadje 20 km verderop.

's Avonds bij een bescheiden kampvuurtje kwam ondergetekende met z'n gitaar, mondharmonica's en blokfluiten op de

proppen en bleek hij niet de enige die muziek wilde en kon maken. Hierover stond nog een stukje tekst in het Finse

clubblad dat begon met "Huib Boss piti kitaroineen huolta nuotiolla...."

Inderdaad schrijven buitenlanders m'n naam vaak als Boss. Uit respect denk ik dan maar. Het stukje was van de Finse voorman, Keijo Virtanen, die trouwens zelf ook goed uit de voeten kan met muziekinstrumenten.



Net als bij ons breken veel bezoekers zondagochtend al vroeg op om een beetje tijdig te vertrekken.

Een hoop Finnen moeten toch nog zo'n 350-400 km, en soms nóg meer, sturen voordat ze thuis zijn. 

Zelf was ik uitgenodigd door een bevriend stel, Harri en Tuula, om een dagje bij hun te komen, ze hadden toch nog vakantie. Ook wij moesten niet te laat vertrekken. Naar Tampere, waar ze wonen, is het ook nog 250 km.

We reden uitsluitend over binnenwegen, want niet alleen mijn span was niet zo heel snel, zelf reden ze op een oogstrelende MZ BK 350 uit begin jaren ‘60. Bepaald geen snelweg gezelschap dus.


Geheel in stijl natuurlijk, met de handpomp!                                                                's Avonds konden we optimaal relaxen en alle vermoeienis uit ons lichaam "branden"

in Harri's nieuwe sauna.

Ieder woonhuis in Finland heeft een eigen  sauna, en als je wilt ervaren hoe het voelt om "herboren" te worden... 

Sauna, warm aanbevolen...!

Voor de Finnen trouwens geen bezoek zonder een saunabad.

De volgende dag stelden ze voor om een toerritje in de omgeving te maken.

Er is een nationaal park effe ten noorden van het stadje Nokia (ja, van die lefoontjes) dicht bij Tampere. Deze keer reed Harri op de Kanuni-MZ 300 waarmee ze verleden jaar naar Nederland waren gereisd, en ging Tuula bij mij in de bak.

Het was lang geleden dat ze in een zijspan had gezeten want hun eigen combi -

Hun bagage werd vervoerd in een "volgauto" van een vriend, die zelf niet kon motorrijden door een motorongeval kort geleden.

Het werd een bijzonder mooie route binnendoor met onderweg een korte stop

"voor een bakkie" en om meteen wat lucht in de bandjes van de BK te puffen.

een TS250/1 waarmee ze ooit nog naar Marokko zijn geweest ! - werd nog opgeknapt.

Jawel, Finland-Marokko dames en heren ! Op een MZ !

Dat opknappen van de TS wordt zo onderhand echter een meerjaren plan, ook omdat ze ook nog met hun huis bezig zijn.

Ergens midden in dat nationale park is een van de oudste, permanent bewoonde plekken in Finland. Daar is ook een cafeetje op een heuveltop gelegen, met bijzonder mooi uitzicht op de hele omgeving.

Ideale plek voor een koffiestop dus. Helaas echter... het cafe was pas ná midzomer (21 juni) open.

En dat was pas de volgende week.

In Finland is het zomer-seizoen heel kort en zulke gelegenheden zijn vaak alleen van midzomer t/m september open.

Dit café had echter een mooie veranda met tafeltjes en stoeltjes. En welke zijspan-toerist heeft er niet altijd z'n

gasbrandertje, koffie, thee, suiker, bestek, eten, etc. in de bagagebak? Dus werd het overdekt picknicken op de veranda.

De koffie was nog niet klaar of de hemel brak open en stortte al z'n water

in één keer naar beneden. Het was de hele dag al miezerig, dus het zat er

in, maar... wij zaten droog.

Met grandioos uitzicht... aan de koffie...

Als tegenpresatie voor hun gastvrijheid heb ik voor het avondeten een

paar onvervalste hollandse kaas/spek pannekoeken gebakken voor

Harri en Tuula. Die hadden ze ontdekt toen ze in Nederland waren.

"Kan jij zoiets maken?" vroegen ze.

Dát kennen ze in Finland dus niet, kamerbrede pannekoeken! 

"Elke rechtgeaarde Hollander kan spek-pannekoeken bakken" was mijn

bravour-antwoord, alleen... onvervalst Hollands?

Ik kon slechts Engelse cheddar-kaas en Amerikaans bacon vinden.

Maar het leek er genoeg op en smaakte absoluut niet gek.

In ieder geval wilden ze het recept.

Beetje promotie van ons Hollandse cultuurgoed dus...

Ik moest onderhand wel weer eens aan m'n terugreis gaan denken. Ik zou nog een dagje bij m'n schoonzusje en haar man in Hyvinkää logeren, en woensdagavond wilde ik de nachtboot van de Turku naar Stockholm pakken.

Harri leidde mij daarom de volgende morgen op z'n MZ door Tampere heen naar de andere kant van de stad.

We namen afscheid en ik zette koers naar Hyvinkää, een paar honderd kilometer over Finse binnenwegen.

Dat blijft toch genieten, wat mij betreft...

In de middag kwam ik bij de familie aan en moest prompt met schoonzus en neefjes en zelfs buurvrouwen in de bak rondjes door de stad rijden. Altijd weer een gewilde "kermisattractie" zo'n zijspan.

Woensdag in de namiddag legde ik het

laatste traject in Finland af naar

havenstad Turku aan westkust.

Ruim op tijd kwam ik bij de Viking-line

terminal aan waar ik nog een ticket

moest kopen, want voor terug had ik

niks geboekt.

De details van de terugreis zal ik je

besparen. Globaal ging die over

binnenwegen vanaf Stockholm waar ik

's ochtends was geland, en verder

op m’n gemakje tuffend door zuid-Zweden,

Denemarken en noord-Duitsland.

Vermeldenswaard hierbij acht ik het trieste

feit dat in Scandinavië steeds vaker benzinestations vervangen zijn door die idiote tankautomaten.

En net op cruciale plekken, zoals de laatste pomp voor een grensovergang, veerpont of brug.

Voor degene die op een lange reis het tanken wil combineren met een bakkie koffie, een "hap tussendoor" of andere benodigdheden zijn juist die uitgebreide tank-shops een uitkomst.

Bij tank-automaten kun je echter alléén brandstof krijgen en toen ik een keer dacht bij de volgende benzinepomp 2-taktolie te kunnen kopen kwam ik dus bedrogen uit. Het geworstel dat ik beschreef met die automaat in Finland is helaas ook niet uniek. Ik heb menig gefrustreerde klant met gillende banden weg zien scheuren omdat het domweg niet lukte...

 

Om dit stukkie echter niet geheel in mineur af te sluiten, je komt onder-weg ook hele aardige leuke en hulpvaardige mensen tegen. Zoals op een parkeer/rustplaats langs de weg in Denemarken. Om bij het gereedschap te kunnen had ik wat bagage uit het span gepakt en in de berm gezet. Het gereedschapetui lag opengeslagen achter het span op de grond terwijl ik aan het achterwiel zat te klungelen. Het zag er kortom rampzalig uit.

Een bezorgde Deen vroeg of het een ernstig probleem was, en of het wel lukte. Nog voordat ik kon uitleggen dat ik slechts de ketting aan het spannen was vertelde hij dat ie verderop woonde en een goed uitgeruste werkplaats had.

Met gereedschap en al. Indien nodig kon ik daar wel gebruik van maken...

"Ook motorrijder?" vroeg ik, blij verrast met zoveel medeleven.

Dat niet, wel hobbyist zoals bleek. Hij had een Mustang uit '66, zelf opgeknapt, en hij sleutelde wat aan klassieke autootjes.

En dát vind ik nou een verademing. Zo'n vrijblijvend en spontaan aanbod om te helpen!

Al verdenk ik de aardige Deen er wel een beetje van dat ie stiekum een pietsie teleurgesteld was dat ik geen echt probleem

had, en zonder zijn hulp binnen 10 minuten weer ingepakt en onderweg was.

Om hem niet helemaal nutteloos te laten voelen heb ik hem wel water uit de fles langzaam over m'n handen met garagezeep

laten gieten zodat ik ze kon wassen. En dat deed ie geweldig... Kan niet anders zeggen.

     

En nou zit ik dus weer met een dooie MZ. Heb ik hem daarvoor nou een ruilhart, nieuwe uitlaat + bocht, ketting, tandwiel,

banden, accu en een hoop zorg, liefde en hammerite gegeven? Ondankbaar kreng...

Nadat ik hem op de tandem-asser van m'n buurman van de Zaltbommelse brug naar huis had terug gehaald hoefde het voor mij dan ook niet meer. Ik had er géén zin meer in. Weg met dat ding. Oprotten. MZ Exit...

Maar op het najaarstreffen in Drenthe, waar ik noodgedwongen weer op m'n "overig merk" m'n opwachting maakte, spraken de ouwe wijze mannen van de MZ-Club tegen me; "laat maar even rusten, jongeman, even niet aan denken." zeiden ze.

"Ga maar andere dingen doen. Na een poosje gaat het vanzelf weer jeuken. Dan krijg je er weer zin in en dan zul je er ook weer aan toe zijn.

En dan zal zich ook weer een oplossing aandienen. Een nieuwe krukas, een gereviseerd blokje, een andere MZ wellicht.

Wie weet, alles is mogelijk... Het is eerder voorgekomen...

Heb geduld, heb vertrouwen, want reken erop jongeman..." zo spraken de ouwe wijzen,   

"Rijen wil je...? Rijen zal je...!"


Huib.



Voor het MZ-Clubblad de Pruttelpot.


N.B. Met excuses voor de kwaliteit (niet dus!) van de foto's.

Ik was m'n camera vergeten en had onderweg zo'n kant-en-klaar "weggooi-cameraatje" gekocht.

En die toch al niet fantastische fotootjes heb ik moeten scannen.